KATHINKA GERNANT: WERKEN MET KUNSTFOTOGRAFEN TREKT ME HET MEEST’
Fotografie Jouke Bos voor MIRROR MIRROR - Make-up Kathinka Gernant
Met haar eigen stijl en feilloze techniek maakt make-upartist Kathinka Gernant het verschil. Haar misschien wel meest creatieve shoots stonden de afgelopen tien jaar in MIRROR MIRROR. Kathinka Gernant draagt zelf amper make-up.
BEAUTY GENEN
Als tiener heb ik nooit geëxperimenteerd met make-up. Pas tegen mijn twintigste ging ik lipstick dragen. Bezig zijn met haar vond ik wel altijd wel leuk. Mijn adoptieouders wilden niet dat ik het kappersvak in zou gaan. ‘Ga jij maar iets studeren’, zeiden ze. Met uiterlijke zaken en esthetiek waren ze niet bezig. Toen ik later mijn Koreaanse biologische ouders leerde kennen, hoorde ik dat zij een grote antiekhandel dreven in Seoul en wel oog hadden voor kunst. Ik vermoed dat mijn gevoel voor schoonheid uit mijn genen komt.
Ik groeide op bij mijn adoptieouders in Ommen, bij Zwolle. Heel lekker bosrijk, relaxt, maar niet een bruisende plek. Pas tijdens mijn mode-opleiding aan de kunstacademie in Arnhem, waar ik afstudeerde in 1997, ontdekte ik de kracht van make-up. En dat ik liever op iemand anders gezicht schilder dan op mijzelf.
VERLEGEN
Mijn academietijd was vormend voor mijn toekomst. Natuurlijk was ik mode gaan studeren om collecties te ontwerpen. Tot ik ontdekte dat er ook mensen zijn die make-up en haar bepalen. Oh, dacht ik: maar dát is interessant!
In de jaren negentig, toen ik studeerde, maakte de minimalistische ontwerper Helmut Lang furore. Net als de Zes van Antwerpen (met o.a. Dries Van Noten en Ann Demeulemeester) en de conceptuele Martin Margiela en Raf Simons. Later zou ik voor de meesten werken als make-upartist.
Ik liep stage bij modelabel Humanoid in Arnhem. Wilde je als modestudent stage lopen in het buitenland, dan moest je het zelf uitzoeken. Ik was erg verlegen, had overal brieven naartoe gestuurd en kreeg zelfs een uitnodiging van Emanuel Ungaro, maar daar reageerde ik niet op. Bij Humanoid in Arnhem vond ik het ontwerpen erg leuk, maar het werken in een grote commerciële organisatie niet.
SAVILE ROW
Ik hoorde van oud-Arnhem-student Benjamin Puckey – tegenwoordig woonachtig in New York en o.a. werkzaam als celebrity-make-upartist (Madonna!) en Color Director voor het Japanse Clé de Peau Beauté (het luxelabel van Shiseido) dat het Amsterdamse agentschap House of Orange een make-upschool was begonnen. Daar ben ik een cursus gaan volgen. Na het afronden hiervan verhuisde ik in 2000 naar Londen. Even werkte ik op Savile Row, de buurt waar alle kleermakers gevestigd zijn, om me te verdiepen in de technische kant van het kleermaken. Maar toen mijn geld opraakte nam ik een baan aan bij Harvey Nichols, het sjiekste warenhuis van Londen. Ik werkte daar voor Shu Uemura, destijds het grootste luxe make-upmerk dat net als het warenhuis altijd vooropliep op trendgebied. Klanten waren veelal Arabische vrouwen die alle trends kenden en wisten wat ze wilden. Ik gaf ze advies, maakte ze op en verkocht producten. Het was een fantastische tijd. Daarnaast verkocht ik met een vriendin op Portobello Road Market T-shirts die we verknipten en verknoopten tot iets nieuws.
LEES VERDER ONDER DE FOTO
Fotografie Carlijn Jacobs voor MIRROR MIRROR. Make-up Kathinka Gernant
HOGERE REGIONEN
Benjamin Puckey loopt als een rode draad door mijn make-upcarrière. In 2002, ik woonde weer in Nederland, stelde hij me voor aan de Belgische make-upartist Peter Philips. Die was in 1993 afgestudeerd aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen en ging daarna als autodidact de make-up doen voor bekende Belgische ontwerpers en werd zeer succesvol.
Als een van zijn assistenten hielp ik hem bij shoots, campagnes en shows en was aanwezig bij fittings (het voor een show doorpassen van kleding, red.). Ik kreeg een mooie inkijk in hoe alles werkte en hoe het eraan toeging in de mode-industrie. Door Peter draai ik als make-upartist nog steeds mee in de hoogste regionen van de mode.
Er rust een enorme druk en verantwoording op bekende make-upartists zoals Peter Philips. Peter was van 2008 tot 2013 creatief directeur van Chanel Makeup en is nu Global Director Dior Makeup. Ik zit nu 25 jaar in zijn core team van make-upartists en ben blij dat ik zijn verantwoordelijkheden nooit heb gehad. Nee, ik heb momenteel even niet de behoefte aan meer buitenlandse shows waarbij ik andere make-upartists assisteer. Wel wil ik zelf shows dragen als chef de cabine. Jaren terug werkte ik veel in Parijs en Milaan, inclusief fittings en was dan ’s nachts om 2 uur klaar, dagenlang. Maar dat je op bijzondere showlocaties komt blijft interessant.
ALEXANDER MCQUEEN
Als Peters assistent deed ik alle shows van ster-ontwerpers, zoals bijvoorbeeld Alexander McQueen. Die bleef ontwerpen tot op het laatste moment. In 2010 was ik bij zijn legendarische show The Horn of Plenty, waarvoor de modellenhoofden wit waren geschminkt met hele grote rode en zwarte monden. Ik was ook bij zijn laatste show Plato’s Atlantis voor S/S 2010.
Tegenwoordig ligt mijn werkveld vooral in Nederland, maar als Peter me vraagt voor shows in het buitenland, zoals van Dior of Fendi, dan ben ik erbij. Dat is altijd leuk en levert inspiratie op die ik kan meenemen naar mijn eigen opdrachten.
Als ik als chef de cabine een make-upplan maak voor Duran Lantink, David Laport of Jan Taminiau, dan gaat ons eerste gesprek altijd over wat de inspiratie is voor een collectie. Als de collectie klaar is, ga ik daar doorheen en let bijvoorbeeld op stoftexturen. Alles helpt bij de vertaling van mijn visie op het beautybeeld. Maar meestal gaat het er in Nederland anders aan toe, dan komen make-up en haar pas op het laatste moment in beeld.
PAUL KOOIKER
Het is zeker een voordeel geweest dat ik een modeopleiding heb afgerond, daardoor is mijn achtergrond breed. Om die reden trekt het samenwerken met kunstfotografen mij het meest. Ik begrijp wat zij willen. Ik word vaak gevraagd door Paul Kooiker. We hebben net gefotografeerd voor een overzichtsboek van de Britse designer Erdem dat in het najaar uitkomt. Hij benaderde Kooiker vanwege zijn unieke stijl. Als fotograaf en make-upartist gaat het erom dat kleding optimaal uitkomt en het model op haar best wordt neergezet. Voor zo’n shoot overleg ik alles met Paul, hij vertelt me wat hij wil qua licht, beeld, make-up en haar. Eerder werkte ik onder anderen ook voor Erwin Olaf en Viviane Sassen en vaak met de Belg Willy Vanderperre.
AANSTORMEND TALENT
Ik hou ervan om met nieuwe jonge fotografen te werken die een frisse blik op mode en beauty hebben, zoals Liv Liberg, die eerder Paul Kooiker assisteerde. Net als Carlijn Jacobs, met wie ik werkte voor MIRROR MIRROR, houdt Liv ook écht van beauty. Ze vragen mij op basis van mijn expertise, ze vertrouwen mij en in overleg geef ik invulling aan hun beautybeelden.
Vaak werk ik met aanstormend talent in het begin van hun carrière – tót het moment dat ze opgepikt worden door bekende buitenlandse agentschappen en Nederland verlaten.
LEES VERDER ONDER DE FOTO
Fotografie Wendelien Daan voor MIRROR MIRROR. Make-up Kathinka Gernant voor Chanel Beauty
DE SHOW NA DE SHOW
De afgelopen jaren is er in de mode-industrie veel veranderd op creatief vlak. Wat ik over het algemeen merk, in zowel de mode als in de modefotografie, is dat het voorheen ging over het vertellen van een verhaal. Het draait nu om kleding showen. Deze commerciële omslag kwam zo’n jaar of vijftien geleden onder invloed van de grote investeerders achter de merken. Ook nieuw: na afloop van een show volgt eigenlijk nog een show. Met celebrities als publiek, maar die ook steeds vaker meelopen in shows en na afloop allemaal gefotografeerd moeten worden. Zij nemen hun eigen haar- en make-upmensen mee.
Hoe mijn vak toch leuk blijft? Door binnen het kleiner wordende werkveld toch nét die kleine hoogtepuntjes eruit te halen waarmee ik het verschil kan maken.
DICHTGESMEERDE GEZICHTEN
Of de afgelopen dertig jaar de perceptie van het beroep make-upartist is veranderd? Haha. Niet echt. Het vak blijkt nog even vaag als destijds. Als bijvoorbeeld een moeder van een vriendinnetje van mijn dochter aan me vraagt wat ik doe, en ik zeg dat ik make-upartist ben, dan is het ‘ah wat leuk, make-up’. Bij make-up denken mensen tegenwoordig vooral aan tutorials. Overigens kijk ik die zelf nooit. Als ik meekijk met mijn dochter van 15 verbaas ik me over wat ik zie. Fantastisch hoor! Al zijn het geen make-uplooks waar ik zelf voor sta qua techniek of esthetiek. In grote lijnen zie ik op de socials vooral dichtgesmeerde gezichten. Zelfs voor een transparante glass skin worden ladingen make-up gebruikt! Toch vind ik het fascinerend wat er allemaal met make-up kan worden bereikt en ik denk regelmatig ‘nou dat ziet er nog best goed uit’.
VRIJHEID
Op allerlei niveaus heb ik uit mijn vak gehaald wat erin zit. Iets wat niet elke make-upartist is gegeven. Dat ik voor MIRROR MIRROR de vrijheid heb om te creëren wat ik wil, is niet vanzelfsprekend. Het is voor bijna alle magazines gangbaar dat op foto’s bepaalde merken móeten staan, van kleding tot accessoires. Me daarin bewegen en toch creatieve vrijheid weten te vinden, zie ik altijd als een mooie uitdaging. Daarom vind ik mijn werk als make-upartist mooi, het is super gevarieerd. Er zijn zoveel facetten in make-up met hun eigen mogelijkheden. Dankzij mijn expertise kan ik dit vak nog jarenlang uitoefenen.