INTERVIEW THOMAS OLDE HEUVELT OVER HET LAATSTE VERHAAL VAN JAMIE GUNN. EEN VERHAAL IN EEN VERHAAL IN EEN VERHAAL...

‘Slechts 350 pagina’s. Het is een dunnetje’, verontschuldigt Thomas Olde Heuvelt zich als hij mij zijn nieuwe boek geeft: Het laatste verhaal van Jamie Gunn. Ik spreek de bestsellerauteur ruim een week voor de verschijning van zijn tiende boek op het kantoor van zijn nieuwe uitgever Prometheus in Amsterdam. Over de reden van zijn overstap zegt Thomas: ‘Dit boek is meer literair, mainstream en persoonlijker. Het is een breder verhaal over de kracht van verhalen, hoe ze ons veranderen, raken, vernietigen.’ Voor de trouwe TOH-fans, Jamie Gunn is ook zeker weer horror en freaky as hell! Het gaat over een verhaal dat je doodt als je de laatste pagina leest #dontreadthelastpage

Thomas, debuten van schrijvers  – en ook de eerste werken van andere kunstenaars  – zijn meestal autobiografisch. Waarom heb jij gewacht met een boek met een persoonlijke insteek waarin je onder andere betekenis geeft aan de dood van je vader.

Stiekem als je op zoek gaat in die oude boeken van mij, kom je wel vaak thema’s tegen die dicht bij me lagen – de vader-zoonrelatie – of het gebrek daaraan. De angst voor het verlies van geliefden. Angsten die in ons aller leven spelen. Maar ik heb inderdaad nog nooit zo persoonlijk geschreven als in Het laatste verhaal van Jamie Gunn.

Heb je eerder een poging gedaan om er zo voor te gaan zitten?

Nee, niet op deze manier.

Waarom lukte het nu dan wel?

Ik denk dat nu het moment er voor was. Ik heb dit jaar ook qua leeftijd mijn vader ingehaald, hij was 42 toen hij overleed en in augustus werd ik ouder dan hem. En ja, sommige verhalen zitten in je, maar dan ben je nog niet rijp genoeg om ze er uit te laten komen. Ik denk dat dit met veel kunst zo is, het is een ontwikkeling, je leven lang.

Wie is Jamie Gunn?

Jamie Gunn is een jongetje dat zijn vader verliest. Door verhalen leert hij daar betekenis aan te geven. Het gaat ook over de ontwikkeling van zijn latere schrijverschap, zijn kunstenaarschap. Dat is ook in mijn eigen leven een heel belangrijk aspect geweest.

En het gaat over het verhalen vertellen zélf. Ik hou heel erg van het mechanisme van een verhaal, hoe je dat bedenkt als schrijver, als verteller, en hoe dat een leven gaat leiden tussen jou en mij in;  ik als schrijver, jij als lezer. In jouw hoofd ziet het er heel anders uit dan in het mijne, maar ik geef je de juiste ingrediënten om iets te vormen, het is bijna magie. Daar hou ik van. Ik vind het namelijk heel leuk om met lezers in contact te zijn. Het schrijven is een onderdeel van mijn werk, maar het publiceren, het leven van het verhaal, het vertellen, het doorvertellen en het terughoren is voor mij net zo belangrijk. Daar gaat Jamie Gunn ook over.

Ik heb het boek nog niet kunnen lezen, maar heb niet het idee dat Het laatste verhaal van Jamie Gunn ook het finale verhaal is…

Niet van mij nee, haha. Kijk, nadat Jamie’s vader sterft gaat hij, waar hij woont, bij vreemden aanbellen op zoek naar verhalen van onbekenden want hij mist zijn vader, de verhalenverteller. Van al die vreemden is er een vrouw die hem een verhaal begint te vertellen, en zegt: ik kan je een stukje ervan vertellen maar het is een héél gevaarlijk verhaal. Als je het einde hoort zul je sterven. Dus ze kán hem niet het einde vertellen. Jamie is gefascineerd, hij weet niet of hij het moet geloven, maar keert telkens terug naar de vrouw om weer eens stukje van het verhaal te horen. En dat verhaal – ik zal niet spoileren hoe het afloopt – blijft zijn leven lang bij hem. Jamie moet uiteindelijk zijn laatste verhaal vertellen.

Dit boek is gelaagder, persoonlijker, wordt dit de nieuwe koers?

Ja, ik vind van  wel. Het grappige is dat het niet eens heel erg verschilt van hoe mijn vroegere werk was, want ik heb in mijn verhalen altijd wel grote menselijke maatschappelijke thema’s aangeraakt. Maar omdat we in Nederland niet echt een traditie hebben van dit soort verhalen, wist de buitenwereld heel lang niet wat ze met mij aan moesten.

Het is je in zo’n tien jaar geleden gelukt om met je eerste horrorromans, waaronder Hex, in Nederland met het horror/fantasy genre een nieuwe markt aan te spreken. Is sindsdien het genre verandert?

Horror is allang niet meer wat het vroeger was: veel bloed, veel monsters en dat soort dingen. Het gaat nu over angsten en dingen die mis zijn in het leven, het zijn allegorieën voor wat in de maatschappij speelt. Dat raakt heel veel mensen.

Kijk, in de Verenigde Staten wordt heel veel horror zowel geschreven en gefilmd natuurlijk, zoals bijvoorbeeld Get out, de geweldige horrorfilm van Jordan Peele uit 2017 over alle grote maatschappelijke thema’s van racisme tot femicide.

Ik ben zelf niet opgegroeid met horror. Op Instagram zag ik van jou een foto als kind lezend op bed omringd met horrorboeken van Stephen King.

Ja, altijd vertaald werk. Ik zocht het op. Want juist omdat in mijn echte leven mijn vader heel jong is overleden, kreeg ik heel jong met iets volwassens en duisters te maken. De dood was een echte aanwezigheid in mijn leven. Die leefde bij ons op zolder, beeldde ik me dan in. Tussen de wasmachine en het droogrek. Het was iets dreigends, iets angstaanjagends en tegelijkertijd was ik er heel erg door fascinerend. Want waar je bang voor bent dat is ook spannend ofzo, daar ga je naar op zoek.

Mijn oom was een verhalenverteller en die pikte dat op, hij voelde mijn fascinatie aan en vertelde mij verhalen waarin kinderen de monsters en de dood de baas konden. Zo leerde ik dat ik middels verhalen met mijn eigen demonen overweg kon.

Verwacht je dat dit boek nieuwe fans oplevert?

Ja ik denk het wel. Vroeger kon ik wel een beetje bepalen wie mijn fans/lezers waren. Echt de geeks, zoals ik er zelf eigenlijk ook een was, die van fantasy en horror houden. Maar dat is al lang niet meer zo. Het lezerspubliek is mainstream geworden. Ik heb niet voor niets gekozen voor een andere uitgever en een meer mainstream boek geschreven dat veel thema’s raakt. Ik vind het leuk dat het horrorgenre niet meer in een hokje zit, breder is geworden.

Totaal iets anders. Kleding. Ik zie (als modejournalist) dat je zelf niet zomaar iets aantrekt. Je hebt een stijl – houdt van quiet luxury, stille luxe, designermode die niet ‘schreeuwt’. Kortom: je denkt na over wat je aantrekt. Maat hoe personages zich in je boeken kleden beschrijf je eigenlijk nooit expliciet.

Ik draag nu dit – Thomas pakt een sportief zwart jack met uitgewerkte details – dit is meer fashionable. Maar het  klopt: ik hou van goeie, kwalitatieve designerkleding waarvan niet meteen aan af is te zien ‘oh hij draagt Armani’. Zoals de trui die ik nu draag.

Vroeger, rond mijn doorbraak, droeg ik vaak een leren jack. Dat komt terug in Jamie Gunn als hij zich op een gegeven moment een identiteit aanmeet als schrijver. Een vriend van hem met verstand van stijl bedenkt dat hij een leren jasje moet dragen, dat wordt onderdeel van zijn signature look. In het echt zag ik er toen ook zo uit.

Je zei net terecht dat ik niet vaak beschrijf hoe personages zijn gekleed. Ik vind het mooi wel net de goeie details op te schrijven waardoor je als lezer een beeld kan vormen. Bij Jamie beschrijf ik bijvoorbeeld een pr-vrouw van een uitgever in een mooie strakke rode jurk. Vul dan zelf maar in hoe dat er dan uitziet.

Het beschrijven van iemands uiterlijk laat je achterwege.

Veelal wel ja. Dat klopt vanwege dezelfde reden dat als je te veel wil inkleuren hoe iemand er uitziet in jou beleving, dan ga je misschien verder weg van hoe de lezer het beleeft. Kijk, in Het laatste verhaal van Jamie Gunn is er een periode die op de middelbare school speelt en dan zit er een bully in de klas en dan schrijf ik bijvoorbeeld dat als er in een woordenboek een plaatje bij ‘white nationalist’ zou staan, dat hij daar op zou lijken.  Dan weten jij en ik hoe die jongen er uitziet.

Ik vind het mooier als je als lezer invulling kunt geven aan het beeld dat je zelf erbij hébt, want dan gaat het leven. Als ik zou schrijven dat hij gemillimeterd haar heeft en een bomberjack draagt, dat kan ook, maar dan kleur ik het in.

Bij uiterlijk en bij kleding probeer ik altijd net dat ene detail te geven dat net afwijkt van de norm, zodat het iemand karakteriseert.

Je collega Dan Brown strooit wel met merken.

Doe ik ook, met een reden. In verhalen waarin dingen gebeuren die niet echt kunnen dan vind ik het wel heel lekker als het in een heel herkenbare maatschappij speelt, in onze moderne popcultuur. Of het nou het dragen van Nikes is of het kijken naar Netflix of naar Starbucks gaan voor een hazelnut coffee. Daarmee creëer ik een soort herkenbaarheid, een tijdsbeeld. Hex, het boek waarmee ik doorbrak, speelt zich af in Nederland in 2013. In die tijd keken mensen naar De Wereld Draait Door en de The Voice. Dat staat in het boek. Leefde je als lezer toen, dan is dat herkenbaar. Maar het moet niet te niche worden.

In je boeken komen kwaadwillende personages voor. Is het verleidelijk of belangrijk om dat via uiterlijke kenmerken over te brengen aan de lezer?

Omdat het natuurlijk heel moeilijk is om in het leven te bepalen of iemand van nature goed of kwaadwillend is. We hebben allemaal wel een beeld bij van het soort mensen dat kwaad wil – haha. Of dat nou de extreem rijken zijn in bepaalde pakken die over het lot van een heel land kunnen beslissen. Of bij wijze van spreken gewelddadige straatbendes in Zuid-Amerika waarvan we weten hoe ze er uitzien. Maar in onze eigen belevingswereld kan goed en kwaad overal zitten. Ik vind het subtieler als je dat ambigue houdt. Dat je als lezer zelf kan puzzelen, meedenken.

Wanneer lukt het schrijven en ‘puzzelen’ jou het best, moet je in een bepaalde staat zijn?

Ik ga heel goed op rust. Zo min mogelijk afleiding. Ik ben niet voor niets in Zuid-Frankrijk gaan wonen, mijn boeken worden in iets van 20 landen uitgeven en dan komen er zoveel verzoeken binnen en ik heb de neiging om overal ja op te zeggen, dan schrijf je helemaal niet meer. Het best werkt strakke regelmaat. Vroeg beginnen om 7 of 8 uur, als de zee verleidelijk gaat glinsteren ga ik sporten of in de tuin werken. Om een uur of 4 ga ik meestal verder tot ’s avonds meestal.

Ik heb je nieuwe boek nog niet uit kunnen lezen, …wat wil je zelf zeggen?

Als schrijver moet je altijd blijven vernieuwen, dat geldt voor iedere kunstenaar. Eerder was het zo dat elke nieuwe Thomas met veel bombarie gebracht met eenzelfde soort boekomslag. Zo word je als schrijver in een mal gegoten. En dat ben ik dan. Maar Jamie Gunn is anders, persoonlijker en diepgaander, en zoals gezegd meer mainstream.

Maar, as we speak, is net in zowel in Engeland als Amerika een ‘nieuw’ boek van je uitgebracht, Darker Days, in Nederland al een succes met de titel November, blijf je in die landen wel in die mal?

Nee, want ik ben daar net zoals in Nederland overgestapt naar andere, meer mainstream uitgevers. Voor zowel Engeland als Amerika zijn heel mooie onderscheidende Darker Days-omslagen ontworpen. Het is mijn bewuste keuze om wat uit die bekende genrehoek te gaan, meer mainstream en daar passen beter covers bij die niet standaard fantasy zijn, geen standaard thrillers, niet standaard literatuur. Het pakt overal wat van mee en raakt daarom een lezerspubliek dat heel breed en groot is geworden en leest over grote thema’s zoals verlies, rouw en dood waar we allemaal mee te maken krijgen in ons leven.

Ik maak zelf magazines, dat is mijn passie, en in het begin dacht ik, het is al geweldig als 1 iemand het koopt en geïnspireerd raakt…

Ja, ik herken dat. Ik vind het fantastisch als The New York Times iets goed zegt over mijn boek, maar als 1 lezer uit Roermond of uit Buenos Aires of waar dan ook ter wereld zegt ‘ik heb je boek gelezen en dat heeft me ontzettend geraakt en het heeft me anders naar dit en dit laten kijken’, dan ben  ik ook heel blij. Het is de beleving van een verhaal tussen lezer en schrijver, dat is iets magisch. Dat is met iedere lezer individueel eigen en anders.

Het was ooit mijn droom om als schrijver door te breken in New York. Daarvoor deed ik alles. Ik kocht tickets naar New York, bezocht conventies, netwerkte met agenten, uitgevers en magazines. Van het een komt het ander. Je verkoopt een verhaal,  investeert geld in een vertaling, er volgt een nominatie, wint een prijs, meer prijzen en vindt agenten. Als ik dat allemaal niet had gedaan, was er misschien niets gebeurd. Ik vind een internationale carrière in de kunsten heel erg leuk, bijna niemand weet hoe het moet, en bijna niemand kan of lukt het. Ook dat aspect vind ik spannend.

Het laatste verhaal van Jamie Gunn - Thomas Olde Heuvelt €23,95, Bol.com

Uitgever Prometheus

Vorige
Vorige

RESTAURANT TIP: ARNO RISTORANTE IN GENT

Volgende
Volgende

FASHION & INTERIORS: A GENDERED AFFAIR